Sessie Nederland in Toms creek: Deel 2 (11.11.2025)
- Fishing Dreams
- 17 nov
- 4 minuten om te lezen
De kleine aanpassingen die ik aan de rig heb veranderd zijn niet spectaculair te noemen. Het is ook niet altijd nodig om bv. van rig te veranderen. Al kan dat in sommige gevallen het verschil zijn tussen vangen en niet vangen. Als we over aanpassingen praten dan zijn dat een paar procenten dat je rig effectiever werkt in een bepaalde situatie. Maar het kan altijd nog veranderen.
Bv.: als het om een moeilijke visdag( dan zijn aanpassingen noodzakelijk) gaat, de karpers minder azen, of de beet geleidelijk aan het wegvallen is ( je weet dat ze aanwezig zijn) ( zie foto. Enkele steuren die in de val traptenš ) Je moet die aanpassingen zien als iets tijdelijks en niet als iets wat je onmiddellijk inzet.
Dat is natuurlijk niet verkeerd maar je maakt het jezelf moeilijker. Zeker als je dan ziet dat de vissen die je vangt niet zo gehaakt zijn als je zou willen. De vorige keer waren ze dan wel relatief goed gehaakt. Je vraagt je dan af: wat doe ik verkeerd? Verfijnde rigs vangen beter maar niet altijd. Als je op een water vist met heel veel karper dan zijn er altijd een percentage lossers. Misschien is het wel goed om het eens bij te houden. Dat is wat ik ook van plan ben om te doen. Ik wijd er in de toekomst een artikel aanš§ .


We zien dan wel wat we er later van kunnen leren. De nylon onderlijnen varieerden van 16 tot 20 cm. Ze zijn wat lang voor in de winter maar even goed toepasbaar op het karpervissen. Het betreft hier steur maar 4 cm korter of langer is een aanpassing. Van lang naar korter wel te verstaan. Als een karper niet goed gehaakt je schepnet binnen komt dan kan een aanpassing van 2 cm ( korter) voldoende zijn om het percentage positief te verhogen. Verklein tegelijkertijd je haakaas en je hebt opnieuw wat procenten beĆÆnvloed in het gedrag van een karper. Wat resulteert in een snellere opname van je aas als je ook nog eens dat wat je voert dat je dat in verschillende formaten doet. Dat heb ik op de steuren toegepast omdat ze op heel klein aas nooit gevangen worden.
Creƫer vertrouwen op verschillende manieren( bv de plaats waar je je boilie aanbied. Vis je altijd met strakke lijnen waardoor de kaper extra op zijn goede is? Vis je altijd op dezelfde stek? Ben je iemand die elke vierkante meter van je stek bevist? Sommige karpervissers voeren voor om de karpers aan hun aas te laten wennen en om ze vertrouwen te geven. Als je instant op karper vist dan dien je altijd deze factoren te overlopen. Dat voorvoeren heb ik zelf veel gedaan. Als je dan gaat vissen ( voer minimaal 2 keer en ga dan vissen.
Bv op maandag,woensdag en ga dan op vrijdag of zaterdag vissen)
dan is je rig plots voor een tijdje een super rig. Maar eens je heel wat karpers op een voerplek hebt gevangen dan begint die dressuur zoals hierboven beschreven opnieuw een grotere rol te spelen. De stek word met gevaar geassocieerd. Dat zal je snel merken. De runs zijn minder hard. Je krijgt nu en dan een zakker.( de karper heeft zich van je haak ontdaan)Als je onder je eigen kant vist en je vangt nu en dan eens een brasem dan krijg je slechts een paar tikken op de hengeltop of hij blijft gebogen staan. Het zijn niet altijd brasems zoals we soms denken want in beide gevallen vang ik op deze manier karpers die heel weinig gevangen worden. Als je niet alert bent of dit niet weet dan scheelt dat weer ENKELE vissen. Daarom is het praktisch om je benadering zo subtiel mogelijk te introduceren.
EĆ©n voorbeeld uit de praktijk plaatst je terug met je voeten op de grond. Je ziet het dan plots weer scherper. De ervaring leert dat een rig voor een deel het werk op zich neemt. Zoals je hebt gelezen kan je rig in sommige gevallen wat gebrekkig werken. De punt van de haak verdwijnt in dit geval niet automatisch geheel in de bek van de karper. Enkel bij een harde run kan dit wel het geval zijn. Soms is het noodzakelijk om onmiddellijk contact met de vis te zoeken om hem niet te verspelen. Maar als je weet wat het inhoud op scherp te blijven vissen dan is enkel contact ( bij een aanbeet) voldoende om hem te verzilveren. Dat klinkt er misschien wat over maar het vertrouwen spreekt voor zich. Vind je ook niet? Het is iets dat dient te groeien en naarmate je vist of je visserij beleefd . Respect voor iedereen die zijn plezier vind in wat voor visserij ookš .
Iemand die elke week vist zal veel sneller leren en voor het grootste deel begrijpen hoe je het best je visserij beoefent dan iemand die 1 keer om de twee maanden de hengels uithaalt en verschillende malen van water veranderd. Alles blijft dan relatief hetzelfde. Soms goed, soms wat beter of helemaal slecht. Het testen van de boilies van Fishing Dream heeft mij daarvan overtuigd. De karpers maken ook keuzes en wijken daar moeilijk van af. Als je maar met 1 boilie vist dan merk je daar niet veel van. Doe je dat met 3 of 4 verschillende soorten boilies dan merk je dat iedere karper zijn voorkeuren heeft. En dat iedere boilie die je dan vist een soort van introductie nodig heeft. ( dit gaat ook over het aantal karpers op een plaats en die jou aas al dan niet tot zich neemt)
Timing is dan de factor tot het verleiden van een aanbeet door de kleine hoeveelheden die je dan hebt gevoerd. ( ik spreek nu over alle seizoenen maar het gaat nu MEER over de winter met vijvers met een groot bestand aan karpers) Op de juiste plaats op het goede moment is geen geluksfactor. Kijk maar eens naar stekken die al jaren voor de beste vangsten zorgen. Soms maakt een meter verder al een verschil tussen vangen en niet vangen. Het veranderd continu en dat is de reden waarom het soms moeilijk gaat. In het volgende deel gaan we die leerpunten nog wat meer met elkaar verbinden zodat je er wat mee kan aanvangen.
Veel visplezier





Opmerkingen